In een interview met Het Laatste Nieuws deze week gaf minister van Binnenlandse Zaken Verlinden openlijk haar machteloosheid toe ten aanzien van het drugsgeweld in Brussel.”Als we niet oppassen, dan komen we in Zuid-Amerikaanse toestanden terecht”, zei ze letterlijk, daarmee meteen de verantwoordelijkheid voor zich uit schuivend.
Eerder deze week las ik op Doorbraak in de column van collega Luckas Vander Taelen al over het drugsgeweld in Brussel en de lauwe reactie daarop van de nieuw ad interim procureur Marie-Rose Broucker. Het deed me denken aan mijn reizen doorheen Colombia, een prachtig land dat ei zo na volledig ten onder ging aan de drugsoorlogen en daaruit voortvloeiend, want gefinancierd met drugsgeld, de terreur van de communistische guerrilla’s van het FARC. Het dieptepunt van de Colombiaanse drugsoorlog was ongetwijfeld toen Drugsbaron Pablo Escobar, die inmiddels zo rijk was dat hij twee MIG straaljagers had gekocht, een luchtaanval liet uitvoeren op het parlement in Bogotá, net toen dat ging stemmen over de mogelijkheid om Colombiaanse criminelen zoals hijzelf uit te leveren aan de Verenigde Staten. Het maakt duidelijk hoe ver drugsbendes willen gaan om hun imperium te beschermen. Maar u heeft dat allemaal zelf al kunnen zien in diverse series op Netflix. Zuid-Amerika is het beginpunt van de keten van drugsgerelateerd geweld, omdat daar de productie gebeurt en de smokkelroutes worden uitgestippeld. Wij zitten hier aan het einde van de keten, waar de consumenten zitten, de drugs uit de schepen moet worden gesleept en het geld wordt opgehaaldbij de gebruikers. In dat verband zat Annelies Verlinden er niet ver naast met haar vergelijking met Zuid-Amerika,van Mexico tot Ecuador over El Salvador, want het geweld dat ze daar kennen dreigt ook naar hier over te waaien. El Salvador is het schoolvoorbeeld van wat er gebeurt als de politiek en de door de politiek aangestelde procureurs een probleem met gewelddadige bendes laten verrotten tot het totaal oncontroleerbaar is geworden en alleen nog buitensporig harde maatregelen mogelijk zijn. In El Salvador was het uiteindelijk de flamboyante president
Nayib Bukele die met harde hand de bendes aanpakte. Bukele was burgemeester van de hoofdstad San Salvador toen hij tot president werd verkozen. Hij ontsloeg meteen de procureur-generaal en startte zelf een oorlog tegen de bendes die de hoofdstad stilaan onleefbaar hadden gemaakt.Niet alleen door drugsgerelateerd geweld maar in zuivere mafiastijl persten ze ook winkeliers en bedrijven af, kidnapten ze voor losgeld en zetten prostitutie- en goknetwerken op. De bendes eisten ook geld van gewone burgers, gewoon opdat ze in hun eigen huis mochten blijven wonen De wereldbank berekende dat 2% van het Bruto Nationaal Product van El Salvador naar de bendes ging terwijl de economie er tegelijk 16% op achteruit ging. Bukele riep de noodtoestand af, maakte schoon schip door zwaarbewapende troepen op de bendes af te sturen en volgens zijn minister van Binnenlandse veiligheid zitten inmiddels 75% van de gezochte bendeleden achter de tralies. De overige 25% zou zich in het buitenland bevinden. Om hen allemaal op te sluiten liet Bukele meteen ’s werelds grootste gevangenis bouwen, voor 40 000 gevangenen, de grootte van een gemiddelde provinciestad. Maar om een omelet te maken moet je eieren breken. Tussen de opgepakte mensen zitten ook onschuldigen die nog steeds op een proces wachten. Intussen is Bukele in februari met grote meerderheid voor een tweede ambtstermijn verkozen, ietswat volgens de grondwet onmogelijk was en dus had hij die grondwet eerst laten aanpassen. Het kan de jonge hipster president, baseballpet omgekeerd op het hoofd en communicerend met zijn bevolking via zijn X-account, weinig schelen. Zijn doortastend ingrijpen maakte El Salvador weer leefbaar enhet aantal moorden zakte van 22per dag naar nul wat El Salvador nu tot voorbeeld maakt voor andere door geweld geteisterde landen. Om de Salvadoraanse economie stilaan los te koppelen van de gehateAmerikaanse dollar maakte hij tussendoor ook de bitcoin tot een officieel aanvaarde munt in El Salvador. Zijn harde aanpak maakt dat Bukele nu onder vuur ligt van internationale mensenrechtenorganisaties die hem afschilderen als een nieuwe Zuid-Amerikaanse dictator. Een geuzennaam die hij nu zelf graaguitdraagt; hij noemde zichzelf op X “de coolste dictator ter wereld”. Intussen is inEcuador, waar de haven van Guayaquil het epicentrum is van de cocaïnesmokkel, ook een drugsoorlog losgebarsten, waarbij presidentskandidaat Fernando Villavicencio in augustus vorig jaar tijdens een campagnemeeting werd doodgeschoten. In januari werd dan weer de anti-
maffiaprocureur Cesar Suarez vermoord die de georganiseerde misdaad in Ecuador onderzocht. Het is de tol die Ecuador uiteindelijk betaalt voor het wegkijkbeleid van jaren waarbij de drugsbendes hun gang konden gaan. Guayaquil in Ecuador staat aan het begin van een drugsketen die uiteindelijk eindigt in de haven van Antwerpen, in de straten van Brussel en in de neuzen van hippe loftbewoners op basketsloefkes.
Minister van Binnenlandse Zaken Verlinden en de Procureurs kunnen maar beter lering trekken uit wat er in Zuid-Amerika aan de gang is, voor er hier een drugsbaron opstaat die een MIG of wat overgebleven granaatwerpers uit Oekraïne koopt om het parlement te bombarderen of huurmoordenaars inhuurt om politici en onderzoeksrechters neer te kogelen. In Colombia waren er op den duur drie gevaarlijke groepen: de drugsmaffia, het FARC en tot slot de privé milities van de burgers die geen vertrouwen meer hadden in de overheid om hen bescherming te bieden en besloten om hun lot in eigen handen te nemen en het geweldmonopolie van de staat te doorbreken, omdat die staat zijn taak als beschermer van de burger niet langer waarneemt. Deze Zuid-Amerikaanse toestanden lijkt voor Belgiël een vergezocht scenario, maar dat waren granaataanslagen in Antwerpen of het neerknallen bij klaarlichte dag van een man op een Brussels terras tien jaar geleden ook.
Comments